Over tijd

Deze column is gepubliceerd op 21 augustus 2010 in het Financieel Dagblad

Annie Schreijer-Pierik is voormalig Kamerlid voor het CDA. Ze treedt namens de partij op als voorstander van samenwerking met de PVV. En heeft besloten mee te doen aan het programma Knevel en Van den Brink, begin vorige week. Uiteraard gaat het over het plan van Wilders, om in New York op 11 september een verhaal tegen de islam te gaan houden. Er gebeurt iets kenmerkends. Schreijer is wel naar de studio gegaan. Wil het er dus over hebben. Vervolgens munt ze uit in gedraai en ontwijking. Een voorbeeld. De interviewer vraagt: ‘Mevrouw Schreijer, bent u bezorgd over wat Wilders daar gaat doen?’ Schreijer moet vele kolen en geiten sparen. Ze mag de twee groeperingen in het CDA, de voor- en tegenstanders van samenwerking met de PVV, geen van beiden voor het hoofd stoten. Ze mag Verhagen niet in een lastig parket brengen nu de coalitieonderhandelingen nog lopen. Ze mag om dezelfde reden Wilders niet schofferen. Ze zwijgt even. En  zegt dan: ‘Nou, ik wacht af wat er gaat gebeuren. Maar ik hoop wel dat hij de taal die hij daar gebruikt in ieder geval een beetje aanpast. En zeker rekening houdt met wat er op dit moment in Nederland plaatsvindt.’ Ze speelt met de factor ‘tijd.’ Ze is handig van de toekomst naar het heden gegaan. De interviewer laat zich niet voor de gek houden en stelt vast, dat Wilders andere plannen heeft: ‘Ik mag blijven zeggen wat ik vind, en Verhagen mag blijven zeggen wat hij vindt. Dat is de afspraak die we gemaakt hebben,’ zo citeert de interviewer. Schreijer kijkt geirriteerd omhoog. Ze ervaart de vasthoudendheid van de journalist als vervelend. En wil het niet verder hebben over wat Wilders in de nabije toekomst gaat doen. Dus ontwijkt ze het onderwerp door opnieuw de factor tijd te hanteren. Nu vlucht ze in het verleden: ‘Ik ben twaalf jaar geleden met Geert Wilders in de Tweede Kamer terechtgekomen. Ik weet een beetje hoe Geert in elkaar zit. En ik hoop zeker, de komende tijd, dat het af en toe een beetje bijgeschaafd wordt.’  Opmerkelijk: aan het eind komt ze toch uit bij de toekomst. Ze legt hiermee het onderwerp zelf weer op tafel.  De interviewer herformuleert: ‘U zegt: “Wij gaan samenwerken, in de hoop dat hij zich gaat matigen”?’ Hij probeert zijn gast, terecht, vast te pinnen op een element uit haar omcirkelende formuleringen. Die, op haar beurt, is naarstig op zoek naar een nieuwe route, weg van Wilders. We zagen voorafgaand aan dit interview een fragment van Verhagen, die stelt dat hij zeer scherp zal reageren als Wilders dingen gaat zeggen die haaks staan op Verhagen’s opvattingen. ‘Maar ik ga er van uit dat een ieder zich goed realiseert wat de consequenties van woorden en daden zijn,’ aldus Verhagen. Schreijer grijpt hier dankbaar op terug, en reageert: ‘Nou, Maxime Verhagen is heel duidelijk geweest namens de CDA-fractie. Zeker namens alle CDA’ers. Is heel duidelijk geweest hoe hij er, ook namens ons, tegenaan kijkt.’ Interviewer: ‘Verhagen accepteert, dat Wilders daar in New York mag gaan zeggen dat hij het een verschrikkelijke moskee vindt.’  Schreijer blijft zich voortbewegen op de vluchtroute ‘tijd’: ‘Maar goed. Wij gaan hier nu heel diep op in. Ik zou het liever hebben over wat er op dit moment in Nederland aan de orde is: dat we met elkaar bezig moeten gaan om zo snel mogelijk een kabinet voor elkaar te krijgen.’  Interviewer: ‘Dat gaan we zo meteen doen, als u het goed vindt. Schreijer: ‘Ja. Ja. Nogmaals: ik vind dat hij, als hij daar naar toe gaat, netjes de juiste woorden moet gebruiken. Precies zoals Maxime Verhagen heeft gezegd. Dat hoop ik tenminste, dat hij dat gaat doen.’ Interviewer: ‘En als hij dat niet doet?’ Schreijer: ‘Maar goed, zo ver zijn we nog niet.’ De interviewer geeft het op. Er blijft een vervelende bijsmaak over. Of je gaat naar zo’ n talkshow, en verschaft duidelijkheid. Of je blijft weg.

HomeColumns

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *